Recept: Australische hamburger van de barbecue
4 mei 2021
3 stappen om verschil en overeenkomsten in karakter met kinderen te bespreken
23 juni 2021
Toon alles

3 stappen om verschillen en overeenkomsten in uiterlijk met kinderen te bespreken

In het eerste hoofdstuk van het grote ontdekboek Hé, wie ben jij? stellen 20 kinderen zich voor. Ze laten zien hoe zij eruit zien, vertellen hoe ze  heten en hoe  ze zijn.

Zo hebben Lynette en Abu een donkerbruine huid en is de huid van Oliver en Yael juist lichtroze. Mana en João hebben een lichtbruine huid. Yumi heeft twee staartjes en draagt een jurk en Helena heeft een gekleurde muts op haar hoofd. Marley draagt een korte broek en Lorenzo heeft een bril.

Het is ontzettend waardevol en leerzaam, voor kinderen, maar ook voor jezelf, om samen verder in gesprek te gaan over de overeenkomsten en verschillen die zij opmerken. Want kinderen zien wel verschillen, alleen hechten ze er (nog) geen oordeel aan,  zoals volwassenen dat wel vaak doen.

Je kent vast de  situatie wel dat je in de wachtkamer zit bij de huisarts en je kind iets te hard roept “Dat is een dikke mevrouw!”. Als een volwassene dat zegt, dan kleeft daar vaak meteen een oordeel aan. Die mevrouw wordt dan “te dik” of zelfs misschien “lelijk” gevonden, of “ongezond”.
Kinderen echter, benoemen wat ze zien: een dikke mevrouw. Net als dat de meneer naast haar zwarte haren heeft, of die jongen daar weer naast een blauwe broek aan heeft. Zonder oordeel.

Als kinderen leren dat het goed is dat zij zo zonder oordeel en dus met respect voor iedereen, naar de wereld kijken, kunnen zij opgroeien in een vreedzamere wereld.

Maar dan is het wel van belang dat er openheid en oordoelloosheid is in het gesprek dat je met hen voert over (uiterlijke) verschillen en overeenkomsten. En daarvoor zijn er 3 stappen die je kunt volgen, om zo’n gesprek te voeren. Hé, wie ben jij? vormt hierbij het uitgangspunt voor het gesprek.

 

STAP 1

Kijk met je kind naar alle 20 kinderen en benoem exact wat je ziet. Welke kleur ogen heeft het kind? Welke kleur haar? Hoe lang is het haar? Is het steil of krullend? Welke kleur huid heeft het kind? Wat voor kleren en schoenen draagt het? Welke kleuren hebben de kleren en schoenen?

 

STAP 2

Laat vervolgens je eigen kind in de spiegel kijken en benoemen wat het ziet. Ga hetzelfde lijstje langs als bij de kinderen uit het boek.

 

STAP 3

Benoem per kind uit het boek welke overeenkomsten en verschillen er zijn. Wie heeft dezelfde kleur haar? Wie heeft dezelfde kleur ogen? Wie heeft dezelfde huidskleur of kleding? Etcetera.

 

Let erop dat je vooral je kind laat praten, stel alleen vragen. Op die manier leer je je kind zelf na te denken en je bevestigt het in de open manier waarop het naar de wereld kijkt.

 

VEEL PLEZIER!

[layerslider id=”22″]

Comments are closed.